opvoedingstips

1. De bench

2. zindelijk maken

3. naar buiten

4. wandelen

5. los lopen

6. leren alleen te zijn

1. De bench

Een bench is een prima hulpmiddel bij de opvoeding van uw pup. als je hem even niet in de gaten kan houden kan een bench voorkomen dat de pup zich ongewenst gedrag gaat aanleren.

zorg er altijd voor dat de bench een fijne en aangename plek is. geef uw hond daarom ook geen straf door hem in de bench te stoppen. maak er een fijne plek van en zorg voor vermaak, denk aan een kluifje of een flos.

in het begin ( de eerste 2/3 nachten) kun u de pup snachts met de bench in u slaapkamer zetten. de pup is immers net weg bij moeder en zijn of haar broertjes en zusjes en moet nog leren dat hij nu alleen is. zodra ze doorhebben dat ze niet alleen zijn kun je de bench gewoon weer beneden plaatsen. 

 

2. zindelijk maken

Eén van de eerste dingen die u de pup moet leren is zindelijkheid. Pups moeten in het begin nog heel regelmatig naar buiten, zeker om de twee uur. Ga in elk geval met hem naar buiten net na het slapen, het eten of drinken en na het spelen. Let ook goed op het gedrag: heel vaak snuffelen puppy's op de grond en draaien ze rondjes voordat ze iets gaan doen. Pak hem dan op en neem hem mee naar buiten. 

Buiten wacht u net zolang tot uw pup wat gedaan heeft. Direct daarna beloont u hem uitbundig met uw stem of bijvoorbeeld iets lekkers.

Als puppy's het buiten leuker gaan vinden, gaan ze vaak zo op in het onderzoeken van alles wat er buiten te zien en te doen is, dat ze vergeten hun behoefte te doen.
Na de wandeling vinden ze dan eindelijk de rust om te voelen dat hun blaas vol zit.
Helaas is dat dan vaak binnen. straf dit niet, benoem dat dat niet mag en neem ze nog even mee naar buiten om vervolgens ze zeggen: hier mag je plassen. 

 

3. naar buiten

Veel pups vinden het in eerste instantie een beetje eng buiten. Dit is heel normaal.
Til de pup dan gewoon op en ga ermee door de wijk/straat lopen. Zo kan hij alvast een beetje wennen aan het verkeer, aan andere mensen, aan honden die langslopen en eigenlijk aan alles waarmee hij later dagelijks geconfronteerd zal worden. Laat hem langzaam steeds wat verder zelf lopen. Naar huis lopen gaat in het begin een stuk beter dan van huis vandaan lopen, dus op de terugweg in de buurt van huis kunt u hem meestal neerzetten zodat hij zelf een stukje loopt.

4. wandelen

Het is belangrijk dat uw pup leert om netjes aan de lijn te lopen. Zoals hierboven al gezegd is, willen veel pups in het begin pas sneller lopen als u weer richting huis gaat, want dat is wat hij kent. Loop dan niet met een gespannen lijn achter hem aan, want dan leert hij meteen dat als hij ergens heen wil, hij gewoon aan de lijn moet trekken en dat u er dan vanzelf achteraan komt!

Sta stil zodra de pup de lijn strak trekt.
Zeg niks, wacht rustig af. Zodra de pup er zelf voor zorgt dat de lijn weer los hangt, loopt u verder. Duurt dat erg lang, trek dan zijn aandacht zodat hij naar u toekomt en wandel een klein stukje de andere kant op. Wandel dus nooit met een strakke lijn. Loopt uw pup netjes mee, geef hem dan aandacht en beloon met uw stem. Let op: bij een pupje merkt u nog niet zo goed dat hij trekt omdat hij niet zo sterk is, maar als hij volwassen is, merkt u dat wel degelijk! Oefen dus heel consequent.

5. los lopen

Veel mensen vinden het eng om hun pup los te laten lopen en ook voor de pup is het een hele stap. Toch is het belangrijk om hem hier betijds aan te laten wennen en hem ook te leren dat hij weer naar u toe komt. Als de pup eenmaal los is, laat hem dan even zijn gang gaan. Loop rustig met hem mee en af en toe eventjes naar hem toe. Geef hem dan iets lekkers en laat hem verder met rust.
Als u dit een aantal keer hebt gedaan, gaat hij eraan wennen dat u naar hem toe komt. Hij gaat misschien zelfs opkijken. Als u daar gebruik van maakt en hem dan roept, leert u hem ook nog eens naar u toe te komen. Door op uw hurken te gaan zitten terwijl u hem roept, bent u uitnodigender voor uw pup. Komt hij naar u toe, beloon hem dan met uw stem, een knuffel of een brokje en laat hem weer gaan.
Hij leert dan ook dat het de moeite is om te komen als u roept en dat het niet betekent dat hij meteen weer aan de lijn moet.

6. leren alleen te zijn

Omdat een hond nu eenmaal wel eens alleen thuis moet blijven, is het verstandig om hem dit als pup al te leren zodra hij een beetje gewend is bij u in huis. Bouw dit langzaam op. Leer hem eerst om even alleen in de kamer te zijn en niet steeds achter u aan te lopen. Zorg dat er speelgoed is waar hij veilig mee kan spelen, ga even weg en kom al na een paar seconden terug. Herhaal dit regelmatig en kom steeds een paar seconden later terug. Zo leert hij dat het normaal is als u af en toe even uit de kamer bent.
Gaat dat goed, dan begint u ook te oefenen met uit huis gaan. Eerst doet u alleen de buitendeur open en dicht, daarna stapt u ook echt een seconde naar buiten, en daarna bouwt u de tijd op. 
De ene pup heeft meer problemen met alleen zijn dan de andere, dus kijk goed wat uw pup aankan. Ga nooit ineens langer weg dan de pup gewend is. Denk dus niet dat u in twee weken uw pup kunt leren om hele dagen alleen te blijven terwijl u weer naar uw werk gaat! Regel een oppas als u langer weg moet dan de pup geleerd heeft.